
Leeractiviteiten
Hieronder vind je een overzicht van alle leeractiviteiten uit onderzoeken naar syntheseteksten leren schrijven. Ze kunnen allemaal bijdragen aan het ontwikkelen van één of meerdere deelvaardigheden in het syntheseproces.
Leeractiviteit 1
Voorbeeldteksten beoordelen en rangschikken op basis van één of meerdere kwaliteitsaspect(en) van syntheseteksten. Zie: beoordeling.
Leeractiviteit 2

In deze (Engelstalige) video's wordt uitgelegd hoe je informatie kunt synthetiseren met behulp van de Color-Coding Method. Je kunt dit in de klas gemakkelijk doen met behulp van Post-it's in verschillende kleuren.
Leeractiviteit 3

Broninhoud schematiseren. Overkoepelende deelonderwerpen bepalen en in alinea's organiseren. Vervolgens de volgorde van de alinea's bepalen.
Leeractiviteit 4

De bronbetrouwbaarheid bepalen, bijvoorbeeld door aspecten die van invloed zijn op de betrouwbaarheid te beoordelen en te verklaren waarom die aspecten van invloed zijn op de betrouwbaarheid.
Leeractiviteit 5

Ideeën uit de bronteksten visualiseren om de informatie in alinea's te organiseren en vervolgens de volgorde van de alinea's te bepalen, bijvoorbeeld door gebruik te maken grafische structuren.
Leeractiviteit 6

De inhoud van iedere bron voorspellen.
Leeractiviteit 7

Bronkenmerken vergelijken in een online omgeving, bijvoorbeeld door het beantwoorden van vragen als: "Welke bron is het oudst?"
Leeractiviteit 8

De inhoud van de bronnen vergelijken in een online omgeving
.
Leeractiviteit 9

Bronkenmerken schematiseren in een online omgeving, bijvoorbeeld in drie categorieën: auteur (Wie is het? Hoe weet hij ervan? Wat zijn zijn belangen?), bron (Wanneer geschreven? Wat voor soort tekst?) en inhoud (Welke referenties? Hoofdgedachte?)
Leeractiviteit 10
Leeractiviteit 11
Leeractiviteit 12

Een mindmap maken, waarin je informatie-elementen uit de verschillende bronnen verbindt.

Verschillende informatie-eenheden verbinden om aan de eis van het soort synthesetekst te voldoen, bijvoorbeeld gemeenschappelijke ideeën en/of belangrijke complementaire ideeën vinden en integreren, of bijpassende oplossingen koppelen aan problemen.

(Schriftelijke) vragen van de docent beantwoorden over de schrijver en de titel van de bronteksten, of over de hoofdzaken/-ideeën en de opbouw van iedere bron.